Uit de verte toont de woontoren, afhankelijk van de richting
van waaruit men kijkt, telkens een ander gezicht. De uit de
donkere bakstenen kern uitstekende gevels op het noordoosten
en noordwesten hebben een bekleding van zilverkleurige
staalplaten in een houten raamwerk, waarvan de verticale regels
domineren. De zuidgevels zijn sterk horizontaal vormgegeven.
Alle woningen zijn optimaal georiënteerd op uitzicht en
bezonning. De stervormige plattegrond vormt hiervoor de basis en zorgt voor het verrassende en dynamische silhouet: soms rank en scherp als een mes, en soms breed en open als een waaier. In feite is de toren samengesteld uit drie om elkaar wentelende prisma’s, reden voor de ontwikkelaar om haar naar een geslepen edelsteen te vernoemen: Tourmaline.